Het interieurfilter is in het handschoenenkastje, verwijder de bekleding en het rooster dat het filter bedekt, verwijder en vervang het filter.
Oliefilter
Zet de auto op de inspectieput of til hem op met een takel.
Plaats een tank/container met een inhoud van minimaal 5 liter onder de afvoeropening. Draai de aftapplug los. Gebruik Torx T40. Gebruik een ratelsleutel. Tap de gebruikte olie af. Schroef het oliefilter los. Verwijder het oliefilter.
Smeer de rubberen afdichting van het nieuwe filter met een beetje verse olie. Schroef het nieuwe filter weer vast. Draai stevig vast. Draai een nieuwe aftapplug erin en draai deze vast. Draai de olievuldop los. Installeer de gieter.
Vul de motor met olie via de olievulopening.
Brandstoffilter
Bereid een container voor vloeistoffen voor. Maak de bevestigingen van de brandstofleidingen schoon. Gebruik een universele reiniger in sprayvorm. Koppel de brandstofleidingen los van het brandstoffilter. Gebruik de montagehendel. Maak de bevestiging van het brandstoffilter los. Gebruik een krulschroevendraaier. Reinig de brandstofleidingen. Gebruik een universele reiniger in sprayvorm. Koppel de brandstofleidingen los van het brandstoffilter. Gebruik de montagehendel. Verwijder het brandstoffilter. Plaats het oude filterelement in de container. Installeer een nieuw brandstoffilter.
Luchtfilter
Verwijder de schroeven waarmee het luchtfilterdeksel is bevestigd. Gebruik een krulschroevendraaier. Verwijder het luchtfilterdeksel. Schroef de bevestigingen van het filterelement los. Gebruik een krulschroevendraaier. Dek de luchtinlaat af met een microvezeldoek om te voorkomen dat stof en vuil het systeem binnendringen. Reinig het deksel en de behuizing van het luchtfilter. Bij het reinigen van het deksel en de behuizing van het luchtfilter, dek de luchtkanaalelementen, de MAF-sensor, indien aanwezig, de gasklep. Verwijder de microvezeldoek van de luchtinlaat. Verwijder het vervangende filterelement uit het filterhuis. Reinig het deksel en het luchtfilterhuis. Plaats een nieuw filterelement in het filterhuis. Controleer of de rand van het filter goed aansluit op de behuizing. Draai de bevestigingen van het filterelement vast. Gebruik een krulschroevendraaier. Installeer het luchtfilterdeksel. Bevestig het.